25e JAARZONDAG B | <– Date –> <– Thread –> |
From: Parochie Nazareth (olv.geboorte.nazareth![]() |
|
Date: Wed, 16 Sep 2009 13:22:30 -0700 (PDT) |
Zusters en Broeders, op zijn tocht doorheen het Joodse land ging het
Jezus niet altijd voor de wind en moest Hij vaak optornen tegen de hooghartige
en zelfgenoegzame houding van Schriftgeleerden en Farizeeën. Het houdt Hem
bezig: niet ieder mens staat open voor zijn blijde boodschap. Hij wil zijn
leerlingen er voor waarschuwen dat Hem kwade tijden te wachten staan: De Mensenzoon wordt overgeleverd in de handen van de
mensen en ze zullen Hem doden”. Maar de leerlingen zijn
hardhorig voor zo’n onheilspellende boodschap –net zoals vele
mensen van onze tijd willen ze alleen maar een goed-nieuws-show horen. Marcus
zegt: Zij begrepen die woorden wel niet ,
maar schrokken ervoor terug Hem te ondervragen. Geen moeilijkheden
zoeken, de ogen sluiten voor mogelijke problemen, laat ons gerust om ons zalig
en rustig ongecompliceerd leventje verder te leven. Eigenlijk sluiten de
leerlingen hun oren en ogen voor de realiteit. Trouwens, hoe kunnen Jezus’ woorden over zijn naderende dood hen
beroeren? Ze zijn met heel andere dingen bezig onder mekaar. Waar hebt ge onder weg over getwist?,
vraagt Jezus hen bij hun thuiskomst in Kafarnaüm. Maar ze zwegen, want ze hadden onderweg een woordenwisseling gehad over
de vraag wie de grootste was. Dat moet toch ook een ontgoocheling
geweest zijn voor de Heer: terwijl Hij met zijn vertrouwelingen over zijn
lijden wil spreken, maken zij ruzie over wie wel de grootste is, wie het
grootste gelijk heeft aan zijn kant. Goede Vrienden, Jezus nodigt ons uit om al onze discussies over wie het
meest vermag, over wie het rijkste is, over wie zich het meest kan permitteren,
te laten varen, en ons eerder dienstbaar op te stellen. En dat betekent dienstbaar zijn aan het geluk van de alledaagse mensen
rondom ons in de meest gewone omstandigheden. Onze christelijke
levensstijl van dienstbaarheid moeten we niet ver gaan zoeken: dag aan dag
krijgen we de kans om onze dienstbaarheid gestalte te geven. Jezus blijft
zeggen: “Als iemand de eerste wil zijn,
zal hij de laatste van allen moeten wezen en de dienaar van allen”. Die
taal horen mensen niet zo graag, het gaat er hen vooral om wie er gelijk heeft,
wie het voor het zeggen heeft. En om zijn woorden nog meer kracht te geven, doet Hij een geste: Hij nam een kind en zette het in hun midden; Hij
omarmde het en sprak tot hen: Wie
een kind als dit opneemt in mijn Naam, neemt Mij op”. Wat bedoelt Jezus hiermee, goede vrienden?
In kinderen straalt nog heel veel van het echt menselijke, waarmee wij geboren worden:
eenvoud, recht door zee in hun antwoorden, eerlijkheid, onbevangenheid, een
kinderlijk vertrouwen. Kinderen staan nog open voor de echte waarden van het
leven; ze denken nog niet in categorieën van macht, bezit, invloed. Ze zijn nog
kwetsbaar en teer, open en ontvankelijk. Of toch? Voelen we niet dat onze consumptiemaatschappij van vandaag
weinig of geen oog meer heeft voor de eigenheid van kinderen en hen gewoon
beschouwt als wezens, aan wie wat te verkopen valt? Of wijzelf, goede vrienden?
Leeft er onderhuids ook niet bij vele ouders het verlangend dat hun kind het
beste, het verstandigste, het meest bekwame, het suksesrijkst zou zijn, dat
kind naar wie nu al wordt opgekeken als naar een wonderkind? Houden we de
woorden van Jezus van vandaag achter de hand: “de voornaamste, de beste
is hij of zij die het meest dienstbaar is”. _______________________ |
- (no other messages in thread)
Results generated by Tiger Technologies Web hosting using MHonArc.