zevenentwintigste zondag door het jaar B | <– Date –> <– Thread –> |
From: Antoine Rubbens (Antoine.Rubbens![]() |
|
Date: Thu, 24 Sep 2009 09:06:49 -0700 (PDT) |
Man en vrouw (Mc. 10,6)
Man en vrouw, wat lijkt dit eenvoudig. Maar op de vrouwenwerelddag 2009
protesteerden vrouwen tegen het geweld, waarvan een op vijf slachtoffer is. Geweld binnen en buiten het
huwelijk.
Op wereldvlak zijn iets meer vrouwen dan mannen. Mensen hebben op elkaar een
aantrekkingskracht.
Er zijn verschillende manieren om te kennen. We leren door te reflecteren en te
begrijpen. We leren eveneens vanuit
aanvoelen en intuïtie. Om de
affectieve kennis uit te leggen gebruikte de professor een verhaaltje over een
woestijnvader. Was het Cassiodorus
of een andere? De vrome man wou
zijn jonge leerling opvoeden ver van vrouwelijk gezelschap. De jongen had nog geen vrouwen gezien
tot de dag dat hij met de vrome monnik mee mocht naar de stad. Ze kwamen een vijver voorbij, waar
meisjes aan het zwemmen waren. De
jongen vraagt wat voor wezens dat zijn.
De monnik antwoordt: ?Dit zijn zwanen.? Waarop de jongen prompt vraagt: ?Geef
me er eentje.?
Amos Oz brengt een variante op een Indiase fabel, die
zijn moeder hem vertelde. ?Er waren
eens vele jaren geleden, twee monniken die zichzelf allebei verboden en
kwellingen oplegden. Zo legden ze
zichzelf op heel India te voet te doorkruisen, van de ene kant naar de andere
kant. En ze legden zichzelf ook
volledige stilte op, ze mochten zelfs in hun slaap geen woord uitbrengen
gedurende alle jaren van hun voettocht.
Geen lettergreep. Maar op
een dag, toen ze langs de oever van een rivier liepen, hoorden ze allebei een
verdrinkende vrouw in de stroom om hulp roepen. Zonder een woord uit te brengen sprong
de jongste van de twee te water, droeg de vrouw op zijn rug naar de kant, legde
haar op het zand zonder een woord te zeggen, en de twee asceten vervolgden hun
weg in volstrekte stilte. En toen,
na een half jaar of een jaar, vroeg de jongste plotseling zijn metgezel: ?Zeg
eens, denk je dat ik gezondigd heb toen ik die vrouw op mijn rug
droeg?? En zijn metgezel
antwoordde hem met een vraag: ?Wat draag je haar nog steeds op je rug???
(Amos Oz, Een verhaal van liefde).
Wij dragen mensen mee, niet één maar velen. Dit is zo van bij het begin van de
mensheid. Zo vertelt het de
bijbel. Het is een prachtig verhaal
deze zoektocht van Adam naar een medemens, die bij hem past. De vrouw wordt niet genomen uit zijn
hoofd. Dit om te beletten dat zij
zou domineren. Ze wordt niet
genomen uit zijn voeten, want ze mag zijn slavin niet zijn. Zo wordt genomen dicht bij zijn hart om
zijn gelijke te zijn.
Jezus
haalt het ideaal aan, waarbij man en vrouw zich aan elkaar binden om een nieuwe
eenheid te vormen. Dag aan dag zijn
ze daartoe op weg. Elke start
smaakt naar het paradijs. De tocht
doorheen goede en kwade dagen is een voortdurende opdracht. Als mensen je in vertrouwen nemen, hoor
je dat achter het beeld van een klassieke mooie familie bedrieglijke schijn kan
steken. ?Alleen zij die er midden in
staan kunnen hier over oordelen.?
?Ketens houden een huwelijk niet bijeen. Het zijn draadjes, honderden dunne
draadjes, die mensen door de jaren heen aan elkaar naaien? (S. Singoret,
bijbelagenda 03.10.09).
Hoe
summier het verhaal bij Marcus is, toch wijst het op spanningen die de
christenen van toen al aanvoelden.
De discussie verwijst naar het Joodse en Romeinse recht. Jezus wijst op de hardheid van het hart
dat scheiding brengt. Dit proces is
zo gecompliceerd. Waar pijn is,
moet gezocht naar heling.
De
eenvoud van het hart kan ons openen op Gods schepping, op het mysterie van man
en vrouw. De gebrokenheid heft het
ideaal niet op.
Marcus
voegt er het verhaal aan toe van de ontmoeting van Jezus met de kinderen. Dit zijn twee gescheiden
perikopen. De liturgie suggereert
ze samen te houden. Het wonder van
het kind houdt verband met het mysterie van man en vrouw. Een kind brengt het wonder van het leven
dichterbij. Een moeder zei eens tot
haar dochtertje: ?Wie God is, dat kan ik niet uitleggen, dat begrijp ik
niet.? ?Ik begrijp het ook
niet?, antwoordde de zesjarige, ?maar ik begrijp het toch beter dan jij
want ik ben er nog dichterbij? (Klink, Geloven met kinderen).
?Een kind is een wezen helemaal gericht op de
toekomst. Het is gans het
tegenovergestelde van een gefixeerd wezen, vastgezet en gevangen in zijn
verleden. Het is open door de
verwondering op het nieuwe en het onvoorspelbare. Het koninkrijk van God onthalen op de
wijze van een kind, dit laat God toe zich te openbaren in zijn onvoorspelbare
nieuwheid, zonder hem op te sluiten in het verleden. Het is zich kunnen verwonderen over deze
steeds nieuwe scheppende ontmoeting.
De liefde van God voor de mens heeft nooit haar laatste woord
gezegd. Hij heeft nooit gedaan met
ons te verwonderen. Niets van wat
in het verleden gezegd of gedaan is, put er de volle maat van uit. Zelfs niet de
Wet die nochtans zo belangrijk was? (Eloi Leclerc, Le Royaume caché).
We ontvangen zoveel als we de kinderen tot God laten
komen en als we aan een kind gelijk bij Hem binnenlopen (ZJ
725).
Gecontroleerd op virussen en op inhoud door Sophos en MailMarshal
- (no other messages in thread)
Results generated by Tiger Technologies Web hosting using MHonArc.