derde zondag van de Advent C | <– Date –> <– Thread –> |
From: Antoine Rubbens (Antoine.Rubbens![]() |
|
Date: Thu, 3 Dec 2009 01:39:25 -0800 (PST) |
?Wat moeten wij doen?? (Lc. 3,10)
?
Johannes mocht zich gelukkig prijzen. Wat hij zei bij de Jordaan, kreeg
weerklank. Zijn woord bracht de
toehoorders tot inzet. ?Wat
moeten we doen?? Dit vroegen de
toehoorders aan Johannes, wanneer hij zei dat zij vruchten moesten voortbrengen,
die passen bij bekering. Bekering
bereik je niet alleen door goede wil.
Drie keer klinkt bij hem de vraag: ?Wat moeten wij doen?? Hij antwoordt telkens met een bondig
appel op solidariteit en gerechtigheid.
Emmanuel Kant herleidt al onze vragen tot deze drie:
Wat kan ik weten?
Wat mag ik hopen?
Wat moet ik doen?
Lucas onderstreept
van de vier evangelisten het sterkst de sociale inslag van Johannes. In het Magnificat bezong Maria Gods
keuze voor de armen. God verhoogt
vernederden, verzadigt hongerigen, stuurt rijken ledig heen. Johannes neemt de schreeuw van Maria tot
ommekeer en bekering over, ?totdat hij zelf het slachtoffer wordt van één van
de aangeklaagde machthebbers en zijn hoofd verliest? (W.R. van der Zee,
Vandaag gebeurt het, p. 21).
Die zang van Maria voor de omgekeerde orde, voor Gods revolutie heeft
haar zoon Jezus zeker geraakt. Hij
bewaart de gedrevenheid van zijn moeder en stelt de armen voorop in zijn
zaligsprekingen.
Johannes zegt dat wie heeft, moet delen met wie niets
heeft. Het gaat over delen van
kleren en voedsel. Het gaat
evenzeer over het delen van macht en kennis. Zo kunnen kloven binnen een land en
op wereldvlak verminderen.
?Wat moeten wij
doen?? Wij kunnen klagen om het
vele dat verkeerd is:
?De paradox van
onze tijd is dat we langere gebouwen hebben maar kortere tenen, bredere
snelwegen maar smallere gezichtvelden.
We hebben onze bezittingen verdubbeld maar onze
eigenwaarde gehalveerd. We praten
te veel, hebben te zelden lief en haten te
veel.
We zijn naar de maan geweest maar hebben moeite om de
straat over te steken om nieuwe buren te begroeten.
We hebben de ruimte overwonnen maar verloren onszelf.
We hebben de lucht gezuiverd maar onze ziel
verontreinigd; het atoom overwonnen maar niet ons vooroordeel.
We leerden te haasten maar niet om te wachten. We bouwen computers met meer
opslagruimte. We maken kopieën in
veelvoud, maar we communiceren minder en
minder.
Dit is de tijd van fastfood en langzame spijsvertering,
hoge winsten en oppervlakkige relaties.
Dit is de tijd van twee inkomens maar meer scheidingen,
mooiere huizen maar gebroken families.
Een tijd met alles in de etalage en niets in de winkel.
Een tijd waarin technologie
je dit laat lezen, en een tijd waarin je kan kiezen deze visie te delen of
gewoon weg te klikken? (Naar George Carlin).
Elke dag gebeurt er dicht bij ons, in eigen regio zoveel
goede dingen. Zonder goede dingen
was de wereld al lang om zeep.
Welzijnzorg concretiseert tijdens de Advent de vraag ?wat
moeten wij doen?? Dit jaar
sensibiliseert WZZ rondom arbeid en inkomen. Elke regio kan initiatieven voorleggen
van solidariteit met armen. Daniël
vertelt over de voedselbank in zijn landelijke parochie; Marcel over de Sloep in
de grootstad Gent, Marie-Rose over de sociale winkel in Mechelen; An over de rol
van zuster Lucienne (+ 2008) in de Gentse Kerst-in, Jacques over zijn inzet in
de kringloopwinkel in Heist op de Berg.
Geert Mac vermeldt in zijn boek In Europa. Reizen door de twintigste
eeuw een Brusselse ervaring: ?In de Spaarzaamheidstraat schuil ik voor de
regen bij een opvanghuis voor daklozen.
Een van de zusters haalt me binnen.
De Brusselse ontheemden hebben mooie verhalen en gebaren, slechts een
enkeling ligt met het hoofd op de armen te slapen. Het huis heeft geen cent subsidie nodig,
de keuken draait uitstekend op kruimels van de stad. ?Zo meteen gaan we naar de Nationale
Bank?, vertelt een van de zusters.
?Minstens twee kruiken soep, aardappelen, groente, vlees. De Eurostar, de catering van de treinen,
iedere dag, allerlei hapjes en lekkers.
Het Atomium houdt een kinderfeest; tweehonderd broodjes met vlees. De patissiers: overtollig gebak in
overvloed, voldoende om iedere dag tweehonderd mensen een dessert te geven. Allemaal over, weg, voor ons!?? Vandaar klimt Mac verder de Galgenheuvel
op. ?Het Justitiepaleis houdt al
meer dan honderd jaar de volkse Marollenbuurt eronder. Het is één brok versteende macht: enorme
gerechtszalen, kantoren en archiefruimten, een koepel zo groot als van de
Sint-Pieter en op de stoep een kerstboompje voor de vijf vermoorde kinderen aan
wie nog altijd geen recht is gedaan.
Zodra ik de hal binnenstap, verander ik in een mier, een kleine mierenman
tegenover de reuzenambitie van de jonge Belgische natie én van de architect, die
tijdens de bouw langzaam krankzinnig werd? (Op., cit. p.
847).
?Wat moeten wij doen?? Er waren tollenaars en soldaten onder de
nieuw-gedoopten. Speciaal
volk. Zij collaboreerden met de
bezetter. De tollenaars inden
belastingen voor de Romeinen. De
militairen wogen op de kleine man.
Johannes had alweer een kort en raak antwoord. Mogen we het actualiseren naar
overdreven beheersvergoedingen, naar steekpenningen, plezierreisjes en zoveel
meer?
Wat zal ik aan de Heer op kerstmis tonen van mijn
concrete inzet in de Advent?
Gecontroleerd op virussen en op inhoud door Sophos en MailMarshal
- (no other messages in thread)
Results generated by Tiger Technologies Web hosting using MHonArc.