Drievuldigheid C | <– Date –> <– Thread –> |
From: Antoine Rubbens (Antoine.Rubbens![]() |
|
Date: Sat, 22 May 2010 01:53:25 -0700 (PDT) |
Gods
liefde is in ons hart uitgestort (Rom. 5,5)
Hoe is uw naam? Waar zijt ge
te vinden? Christenen antwoorden
dat hij in Jezus te vinden is.
Jezus zei het zelf: ?Wie mij ziet, ziet de Vader.? (Joh.
14,14). Zo vanzelfsprekend is dat
echter niet. Thomas en Philippus
waren al zo lang bij Jezus en zij hadden het nog niet door. Na de verrijzenis stond Thomas alweer
een lengte achter op de andere apostelen om te aanvaarden dat in het leven van
Jezus Gods kracht werkzaam was en bleef (Joh. 20,24).
Wij noemen ons
christenen. Toch beseffen we
onvoldoende dat wij door Jezus op een eigen manier tegenover God staan. We horen weliswaar van mensen die
beweren van Jezus te houden en die zich atheïst noemen. Wij zijn nog altijd in de leerschool van
Jezus om met hem tot de Vader te bidden in de kracht van de
Geest.
Jezus is Jood en is samen
met zijn volksgenoten overtuigd monotheïst. In de woestijn werd Jezus getest op zijn
trouw aan dit geloof. Hij belijdt
er: ?De Heer uw God zult gij aanbidden? (Lc. 4,8). Jezus heeft een bijzondere band met
God. Deze komt geleidelijk meer aan
het licht. Hij bidt veel tot God en
noemt hem zijn en onze vader. Bij zijn doopsel had de Vader verklaard
dat Jezus zijn geliefde Zoon was (Lc. 3,22). Dit verklaart hij een tweede maal bij de
transfiguratie waar een stem uit de hemel over Jezus zegt: ?Dit is mijn Zoon,
de Uitverkorene? (Lc. 9,35).
Deze band met de Vader hield stand in het moeilijke moment van zijn
doodsangst in de Olijfhof en bij zijn doodstrijd op
Calvarie.
Jezus stelde tijdens zijn
leven handelingen, die enkel aan God worden toegekend. Dit was vooral wanneer hij zonden
vergaf. Hij doorbrak grenzen omdat
hij deelde in het universalisme van de ene God van al wat leeft.
Volgens de evangelist Lucas
is Jezus van bij het begin door de Geest getekend. Deze kwam over Maria. Hij daalde over Jezus bij diens doopsel
(Lc. 3,22). Na zijn sterven komt
deze op Pinksteren over alle leerlingen (Hnd. 2).
Lucas gebruikt in zijn
evangelie een eigen titel om Jezus aan te duiden. Hij noemt Jezus de Heer (kurios). Hij duidt ermee aan dat Jezus van God
is. Lucas geeft in de Handelingen
het gebed weer van Stefanus bij zijn marteldood. Deze zag de Mensenzoon staan aan Gods
rechterhand. Stefanus bad tot Jezus
zoals hij tot God zou bidden: ?Heer Jezus, ontvang mijn geest? (Hnd.
7,59).
Jezus is opgenomen bij de
Vader. In het boek van de
Openbaring staat Jezus als geslachtofferd lam voor Gods troon (Op. 5,6). Zo wordt uitgedrukt dat God het zwakke
in zich opneemt. Door het bloedig
en gekwetste levenseinde van Jezus krijgen we een God met ruimte voor
fragiliteit en zwakheid (1 Kor. 1,28-30).
In Jezus zien we hoe God begaan is met mensen en hun zijn Geest stuurt
(Gal. 4,4-7). God openbaart zich in
Jezus als de Vader met een hart (Lc. 15,11). In Jezus bezocht hij zijn volk. ?Als
iemand erkent dat Jezus de Zoon van God is, woont God in hem en woont hij in
God?
(1 Joh. 4,15).
Dominee Félix Moser vat in
één zin Gods handelen in de wereld bondig samen en zegt meteen
wat Triniteit betekent: « La trinité; Dieu crée le monde, s'y incarne et
l'anime. » De
Drievuldigheid is God, die de wereld schept, er mens in wordt en die de wereld
bezielt. Het is een beweging van
God naar de mensen, waarin Hij zich als Woord, Licht en Liefde
manifesteert.
Christenen zijn gedoopt in
de naam van de Vader, de Zoon en de Geest.
Hun drievoudige onderdompeling in het water was tevens een drievoudige
belijdenis. We delen deze
belijdenis met alle grote christelijke kerken en gemeenschappen. De trinitaire belijdenis is de aanvang
van het oecumenisch charter. De
kerk in ons land legt zich in deze jaren intenser toe op onze Schone
belijdenis. De oude
doopformule, waarvan de kern teruggaat op Mt. 28,19, heeft het drieledige raam
aangeboden waarin de andere wezenlijke geloofspunten konden worden
ondergebracht. ?Het eerste deel
van het Credo betreft altijd de eerste goddelijke persoon - de Vader - en het
wondere werk van de schepping. Het
tweede gaat over de Zoon en over het mysterie van onze verlossing. In het derde deel wordt de derde
goddelijke persoon genoemd: de heilige Geest. Hij is het beginsel en de bron van onze
heiliging (KKK. 190). Daaraan wordt
het werk van de heilige Geest in de Kerk vastgehecht. Die drie delen zijn verschillend van
elkaar maar ze horen onafscheidbaar samen.
Daarom noemen de kerkvaders ze artikelen, dit wil zeggen ledematen van
een lichaam dat gearticuleerd wordt in geledingen, die wel van elkaar
verschillen maar toch verbonden zij.? (De Schone Belijdenis,
15).
We belijden dat God geen
onbewogen beweger is. Hij is geen
verre, afstandelijke God. Hij is
met ons begaan. Ons antwoord daarop
is er een van dank. We eren God
Vader, Zoon en Geest door hem te prijzen en te bezingen die driemaal heilig is
(Frère Pierre-Yves, Dieu trois fois saint, Cahier de Taizé). God is bron van vader- en
moederschap. Hij krijgt een gelaat
in Jezus. Hij bezielt de ganse
schepping en de mens, het kroonstuk ervan, met zijn Geest (ps. 103). Op drievuldigheidszondag klinkt het
alleluiavers: ?Eer aan de Vader, de Zoon en de heilige Geest, God die is, die
was en die komt? (Op. 1, 4).
Dank aan Frère Richard van
Taizé voor zijn workshop in juli 2009 over de vraag: ?Waarom belijden
christenen een drie-éne God??
Verdere documentatie in de brief van de Belgische bisschoppen De
Schone belijdenis.
Gecontroleerd op virussen en op inhoud door Sophos en MailMarshal
- (no other messages in thread)
Results generated by Tiger Technologies Web hosting using MHonArc.