Drie-eenheid A | <– Date –> <– Thread –> |
From: Antoine Rubbens (Antoine.Rubbens![]() |
|
Date: Fri, 17 May 2013 22:48:40 -0700 (PDT) |
Beste wensen voor
Pinksteren. Gloria Patri et Filio et Spiritui Sancto De
Jacobsschelp is een van de drie elementen in het schild van erepaus Benedictus
XVI. Ze is het teken van de pelgrim en wijst erop dat ons leven een
pelgrimstocht is. Zij kan bij deze paus-theoloog ook verwijzen naar de
beroemde legende van Sint Augustinus (354 - 430). Als deze op het strand
nadacht over het mysterie van de Drie-eenheid, zag hij een knaap die met een
schelp het water uit de zee in een klein putje wou scheppen. Op de vraag van
Augustinus wat hij deed, zei de kleine jongen: “Ik breng het water van
de zee naar dit putje.” De schelp is het symbool van de
onoverzichtelijke zee van God. Niemand slaagt er in Gods wezen te
doorgronden. “God is onbekend,
ook voor de serafijnen rond zijn troon” (woord van een Duitse
theoloog, aangehaald door Peter Schmidt in zijn inleiding op het boek van
Maurice Bellet, Niemand heeft God ooit gezien, Davidsfonds). “Alweterij is onfatsoenlijk, vooral voor
theologen” (Maria Rosseels, De Tijd, 24.04.1967). Onze
tocht als christen is begonnen bij het doopsel. Wij staan sindsdien onder het
teken van de Drie-ene God, gedoopt als wij zijn in de naam van de Vader, de
Zoon en de Geest. Wij behoren door het doopsel tot de éne Kerk van God, die
als “het verenigde volk deel heeft aan de eenheid van de Vader, Zoon
en Heilige Geest” (LG. 4). De Kerk komt uit de Drie-eenheid (LG.
13). “In Christus is de Kerk als het ware het sacrament, dat wil
zeggen het teken en het instrument, van de innige vereniging met God en van de
eenheid van heel het menselijk geslacht.” Dit is de verheven aanhef
waarmee de concilievaders over de Kerk spreken in de constitutie Lumen
Gentium n° 1. Ze beseffen goed dat bij en in God, de Drie-ene, de basis
ligt van de gemeenschap. God is volgens de christelijke visie gemeenschap.
Hij is communicatie in zich en naar zijn schepping toe. God is de enige God,
die als persoon tot ons komt in Christus en in de Geest. Deze zijn volgens
Sint Ireneus de twee handen van God. Onze geloofsbelijdenis bevat slechts drie
artikelen, zoals in de drievoudige bevraging en bevestiging bij het doopsel.
Wij volgen in onze geloofsbezinning de weg die God aflegt met de mens. Hij, de
Vader, komt in Jezus en werkt in ons door de Geest. Hij leidt ons met de Kerk
tot het volle leven. De
laatste Vorlesung, die paus Benedictus hield, was voor de clerus van Rome. Ze
handelde over het tweede Vaticaans concilie, een gebeuren van vijftig jaar
geleden. Een herinnering aan het verleden, maar met een opdracht naar het
heden en de toekomst. Het concilie spoorde, aldus paus Benedictus, eerst en
vooral aan tot verdieping en verinnerlijking. Vaticanum II begon met de
bespreking van de constitutie over de liturgie. Het concilie stelde zo de prioriteit
voorop van God en van de onvervangbare rol van de aanbidding. “Operi
Dei nihil praeponatur”: dit woord uit de Regel van de heilige
Benedictus (cfr 43,3) lijkt volgens paus Benedictus de opperste regel te zijn
van het concilie. Het kernstuk van de liturgie is het paasmysterie. De
verrezen Heer is het centrum van het christelijk bestaan. Van bij Hem gaan we
naar de wereld en met Hem naar de Vader. De zondag is de dag van de hernieuwde
schepping. Vanuit ons geloof in God Schepper en in de verrezen Heer zijn we
geroepen om in de wereld Gods liefde te beleven met de kracht van de Heilige
Geest. Het
is niet alleen in de constitutie over de liturgie dat de concilievaders wijzen
op de unieke plaats van God. Zij houden het mysterie van de Drie-eenheid voor
ogen in andere concilieteksten en nodigen ons daarin uit om God, de Drie-ene,
te loven en te danken. De Kerk bidt en werkt “opdat heel de wereld,
zo groot als ze is, zou binnengaan in het volk van God, het lichaam van
Christus en de tempel van de heilige Geest, en opdat in Christus, het Hoofd van
allen, aan de Schepper en Vader alle eer en heerlijkheid zou toekomen”
(LG. 17). De
concilievaders halen in hun visie op de Drievuldigheid de basis voor de
missieactiviteit van de Kerk. In Ad Gentes, het decreet over de
missieactiviteit, verklaren ze: “De pelgrimerende Kerk is krachtens
haar natuur op zending gericht, opdat zij volgens het plan van God, de Vader,
haar oorsprong vindt in de zending van de Zoon en de zending van de Heilige
Geest” (AG. 2). Vaticanum
II zette met het decreet over de katholieke deelneming aan de oecumenische
beweging een belangrijke stap. De oecumene is een taak voor alle christenen
die geloven in de Drie-ene God (UR. 1). Kardinaal Kasper, jarenlang voorzitter
van de Raad voor de Eenheid, formuleert deze belangrijke stelling: “Zonder
het geloof in de levendige Drie-ene God, zonder geloof aan de godheid van
Christus, aan de heilsbetekenis van het kruis en de verrijzenis hangt al het
andere letterlijk in de lucht. Wie niets meer weet van de werkelijkheid van de
zonde en van het verstrikt zijn in zonde, snapt weinig of niets van de
rechtvaardiging van de zondaar.” Het
tweede Vaticaans concilie heeft in hoofdstuk 5 van de constitutie over de Kerk
de algemene roeping tot heiligheid belicht. Deze geldt voor alle gedoopte en
berust op de deelname aan het leven van de Heilige Drie-eenheid: “Christus
immers, de Zoon van God, die samen met de Vader en de Heilige Geest met de
woorden ‘Gij alleen zijt de Heilige’ begroet wordt, heeft de Kerk
als zijn bruid bemind en zichzelf voor haar overgeleverd om haar te heiligen
(vgl. Ef. 5,25-26). Hij heeft haar met zichzelf als zijn lichaam verenigd en
haar met de gave van de Heilige Geest tot glorie van God vervuld. Daarom zijn
allen in de Kerk, of ze nu zelf tot de hiërarchie behoren of onder haar leiding
staan tot heiligheid geroepen, volgens het woord van de apostel: ‘God wil
dat gij u heiligt’ (1 Tess. 4; vgl. Ef. 1,4). Deze heiligheid van de
Kerk blijkt en moet voordurend blijken uit de vruchten van de genade die de
Heilige Geest in de gelovigen voortbrengt” (LG. 39). “De
ene en onverdeelde Drievuldigheid is in en door Christus de bron en oorsprong
van alle heiligheid” (LG. 47). Maria,
de moeder van Jezus, is een beeld van de Kerk. Met haar loven en prijzen we de
Heer. Zij helpt ons om aan God, de Drie-ene, alle eer en lof te geven. Dit
helpt om onszelf niet als centrum te beschouwen, maar ons met God te
verbinden. Lumen Gentium eindigt met deze oproep: “Laten alle
gelovigen de moeder van God en de moeder van de mensen dringend erom smeken,
dat zij, die de beginnende Kerk met haar gebed heeft bijgestaan, ook nu zij in
de hemel boven alle gelukzaligen en engelen verheven is, in de gemeenschap van
alle heiligen bij haar Zoon ten beste zal spreken, totdat alle
volkerenfamilies, zowel zij die de erenaam van christenen dragen als zij die
hun Verlosser nog niet kennen, in vrede en eensgezindheid tot een enkel volk
van God gelukkig verenigd worden, tot glorie van de allerheiligste en onverdeelde
Drievuldigheid” (LG. 69). Doxologie is het loslaten van zichzelf en
geeft alle eer aan de Drie-Ene. Het
concilie heeft de mystieke dimensie van het christen zijn niet vergeten. We
mogen deze geenszins op de achtergrond schuiven. Echte vernieuwing heeft
innerlijkheid nodig. Tegelijkertijd hebben we voelhorens om te zien en te
onderscheiden wat leeft. Vaticanum II heeft met de pastorale constitutie over
de Kerk in de wereld van deze tijd onze blik gericht naar de wereld, waarin we
leven en van de welke we ontvangen en leren. God is er aanwezig en spreekt
daar. Daar klinkt eveneens zijn stem. Het heden is als vindplaats van datgene
wat God van ons vraagt. “Wie
of wat God is, blijft een ondoorgrondelijk mysterie. God identificeert zich
door middel van een plaatsbepaling. Bevrijdende aanwezigheid bij en in de
nauwste mogelijke verbindingen met pijn en onderdrukking, dit is God. God
wordt gekend in het lezen van de plaatsen waar God aanwezig is. God is
aanwezig op de plaatsen waar om goedheid en waarheid gestreden wordt en waar
zich in deze strijd bevrijding aankondigt tot een nieuwe, Godgegeven toekomst.
Deze God is altijd anders dan gedacht” (Martin Hoondert e.a.
Visioenen van het Tweede Vaticaans concilie, p. 83). Wanneer
de concilievaders peilen naar de waardigheid van elke mens komen ze bij de
nieuwe mens Christus, het beeld van de onzichtbare God (Kol. 1,15).
“In werkelijkheid, zo schrijven ze, licht het mysterie van de mens
alleen op in het mysterie van het mens geworden Woord. Adam, de eerste mens,
was immers de voorafbeelding van de toekomstige mens, namelijk Christus de
Heer. Christus, de laatste Adam, maakt juist door de openbaring van het
mysterie van de Vader en diens liefde de mens voor zichzelf duidelijk en geeft
hem inzicht in zijn zeer hoge roeping” (GS. 22). De Kerk gelooft
“dat de sleutel, het centrum en de voltooiing van heel de geschiedenis
van het mensdom te vinden zijn in haar Heer en Meester” (GS, 10). “Ons
voornaamste probleem is niet of God bestaat, maar of wij voor Hem bestaan, of
Hij bekwaam is zich aan ons te interesseren.” « Notre principal problème au sujet de Dieu
n’est pas de savoir s’il existe, mais si nous existons pour lui,
c’est-à-dire s’il est capable de s’intéresser à nous. » (Bernard
Sesboüé, Croire. Invitation à la foi catholique pour les hommes et les
femmes du XXIe siècle, p. 420). God als Vader, Zoon en Geest is hierop het
antwoord. En nu reeds nemen zij in ons hun verblijf. Antoine Rubbens Mijn
God, Heilige
drie-eenheid, die wij aanbidden: Vader,
Zoon en Heilige Geest help
ons om regelmatig bij U te vertoeven, roerloos
en stil, ingetogen
bij U verwijlen, een
stukje hemel hier op aarde te ervaren. Elk
moment in uw aanwezigheid brengt
ons verder binnen
de diepte van uw mysterie. Help
ons om U nooit te verlaten, wanneer
in ons een gevoel heerst van
onmacht, zonde en vertwijfeling. Daarom
vragen wij U: doordring
ons hart met uw genade. Overrompel
ons met uw vuur en geestdrift; leef
in ons alle dagen van ons leven. Laten
wij één worden met U, Vader,
Zoon en Heilige Geest. Zalige
Elisabeth van Dijon, karmelietes Met
vriendelijke groeten, Gecontroleerd op virussen en op inhoud door Sophos en MailMarshal Aandacht :
De informatie in dit bericht of in de
bijlagen ervan is enkel bedoeld voor de persoon of de entiteit tot wie het
bericht is gericht, en kan vertrouwelijke of persoonlijke zaken bevatten. Het
bekijken, doorzenden, verspreiden of ander gebruik van, of het actie ondernemen
vertrouwend of gebaseerd op deze informatie door andere personen of entiteiten
dan diegene voor wie ze bestemd was, is verboden. Als u dit bericht
verkeerdelijk hebt ontvangen, gelieve dan de afzender te contacteren en het
bericht van eender welk systeem te verwijderen, alsook eventuele kopies
ervan.
|
-
Drie-eenheid A Henri Verstraete, June 14 2011
- Drie-eenheid A Antoine Rubbens, May 17 2013
Results generated by Tiger Technologies Web hosting using MHonArc.