- Eerste lezing: Jesaja 7, 10-14
- Evangelie: Mattheus 1, 18-24
Zusters en broeders,
We hebben het allemaal al meegemaakt: we moeten een belangrijke beslissing nemen, en we weten niet goed wat we moeten beslissen. Zulke onzekerheden
doen zich ons hele leven voor: Heb ik de juiste studies, het juiste werk gekozen? Passen mijn partner en ik echt bij elkaar? Hebben we het juiste huis
gekocht? Gaan we genieten van deze reis? Het zijn maar enkele van de vele vragen die ons leven beïnvloeden, maar het blijft daar niet bij, want
we moeten elke dag een hoop minder belangrijke beslissingen nemen. Bijvoorbeeld: Is dat wel de juiste weg naar waar we moeten zijn? Ga ik met de trein
om met de auto? Wat eten we vandaag? En we kunnen blijven doorgaan, want zulke vragen dringen zich elke dag op.
Dat is wat ook Jozef in het evangelie meemaakt, maar hij moet een ongelofelijk belangrijke beslissing nemen. Zal hij zijn verloofde afwijzen? Ze is
immers zwanger, maar niet van hem. Of luistert hij toch maar naar die engel met zijn rare boodschap? Als die engel dan nog in levenden lijve aan hem
verschenen was, ja, dan was het makkelijker geweest. Maar hij verscheen in een droom, en zoals iedereen weet ook Jozef dat dromen bedrog zijn. En wat
heeft hij ook weer gedroomd? Misschien beeldt hij het zich allemaal wel in.
Maar wat hij zich niet inbeeldt, is dat de engel zei: ‘Wees niet bevreesd Maria bij u te nemen.’ Wees niet bevreesd: heel zeker zijn
dat de woorden die hem overtuigen, want met die woorden zegt God de Heer: ‘Doe maar wat de engel zegt. Wees niet bevreesd. Ik ben bij u.’
Dus doet Jozef wat de engel zegt. Zelf zegt hij niets, want hij is geen man van woorden, maar van daden.
Wellicht hebben we er nooit bij stilgestaan, maar Jozef had ook heel anders kunnen reageren. Hij had woedend kunnen zijn en Maria uitgescholden
hebben. Hij had haar het huis kunnen uitzetten, en hij had neen kunnen zeggen tegen die engel. Maar dat doet hij allemaal niet, integendeel, hij geeft
ons een enorm sterk voorbeeld, namelijk dat we moeten durven, net zoals hij. Hij durft zijn leven uitbouwen op niets meer dan een droom, en dan nog
een onbegrijpelijke droom. En waarom durft hij dat? Omdat God zegt: ‘Wees niet bevreesd. Ik ben bij u.’
Dat zegt God ook tegen ons, dus moeten ook wij durven, zowel in ons eigen leven als in het kerkelijk leven. Durven vertrouwen op onszelf, op onze
inspanningen, ook als niet alles gaat zoals het zou moeten gaan. Durven vertrouwen op onze partner, ons gezin, onze familie, onze collega’s, ook
al vallen er soms harde woorden. Ons durven inzetten voor onze medemensen, onze gezondheid, onze onderneming, ons werk. Geloof, hoop en liefde blijven
koesteren, ook al krimpt onze kerkgemeenschap zienderogen, en weten we dat dit niet direct zal veranderen, want als we om ons heen kijken, zien we
weinig of geen jonge mensen in de kerk. Maar toch durven vasthouden aan ons geloof. Ook aan het geloof dat getrouwde mannen, dat vrouwen priester
kunnen worden. Dat lijkt vandaag onmogelijk, maar voor God is niets onmogelijk. Zelfs niet dat een jong meisje, ergens in een pietluttig dorpje ver
weg, de moeder wordt van zijn Zoon, die Hij zelf is. Dat geloof, dat vertrouwen had Jozef, omdat hij geloofde in het onmogelijke, want God had gezegd:
‘Wees niet bevreesd. Ik ben bij u.’
Zusters en broeders, dat moeten we ook doen: geloven in het onmogelijke, want voor God is niets onmogelijk. Zelfs niet dat in onze wereld met echt
terroristische leiders in zoveel landen het goede het altijd zal halen van het kwade, en dat leugens, corruptie, fraude en bedrog er nooit zullen in
slagen de komst van God onder de mensen te verhinderen. Want het is geen ijle droom, maar een heerlijke zekerheid dat God ook tegen ons zegt:
‘Wees niet bevreesd. Ik ben altijd bij u.’ Ik wens ons allen nu al een Zalige Kerstmis toe. Het feest waarop we vieren dat God altijd bij
ons is. Amen.
Download dit document