vierde zondag Advent A | <– Date –> <– Thread –> |
From: Antoine Rubbens (Antoine.Rubbens![]() |
|
Date: Fri, 10 Dec 2010 00:44:28 -0800 (PST) |
God heeft u lief en roept u tot zijn heilige gemeente
(Rom. 1,7)
Niemand krijgt een tweede kans om een eerste goede indruk te maken. Dit is een reden om een eerste presentatie goed te verzorgen. Dit gold in de Oudheid ongetwijfeld voor redenaars en voor opstellers van brieven. Daarom maak werk van een goede inleiding. En niet alleen bij een eerste keer. Elke toehoorder en elke lezer is het waard telkens een goed aanbod te ontvangen.
Heeft Paulus zich door die
beschouwingen laten leiden bij zijn brief aan de Romeinen? Die brief is alvast een contact, waaraan
hij veel belang hecht. Als gezant
van Christus weet hij zich geroepen om overal tot aan de uiteinde het evangelie
te verkondigen. Hij is blij dat hij
de kans krijgt dit in Rome te doen.
Hij schreef de brief hoogstwaarschijnlijk vanuit Griekenland bij het
einde van zijn derde missiereis. De
brief dateert wellicht uit het jaar 56 of 57.
Paulus heeft bijna in elk van zijn brieven een keurige
inleiding. Deze van zijn
Romeinenbrief is zeer verzorgd.
Jakob van Bruggen maakt in zijn commentaar op de Romeinenbrief daarover
volgende beschouwing: ?Het is voor Paulus als apostel onder de volken
kennelijk een heel bijzonder moment wanneer hij een brief gaat schrijven aan
christenen te Rome. Hij is een
Romeins burger en hij is zich bewust van het feit dat deze stad het middelpunt
is van die wereld waarin hij al jaren rondtrekt als prediker van Jezus
Christus. Het evangelie van de
hemelse Koning is op weg naar de hoofdstad van het wereldrijk op aarde. En Paulus is overal de heraut van deze
koning. Uit Sion rukt het heil nu
op naar de volken de kustlanden.
En Rome is in het westen hun middelpunt. Daarom heeft Paulus er blijkbaar
behoefte aan zich in een brief aan de christenen in deze stad uitvoeriger voor
te stellen (1,1-7) en zich daarbij ook te verantwoorden over zijn eigen houding
tegenover deze wereldstad in de afgelopen jaren (1,8-17)? (Jakob van
Bruggen, Romeinen Christenen tussen stad en synagoge, Kok, 2006, p.
29).
Paulus, de Gezant van Jezus Christus bevindt zich in
gedachte al aan de poorten van Rome.
De liturgie gebruikt de groet van Paulus als aanloop naar kerstmis. Ze geeft ons aldus suggesties voor een
kerstboodschap zowel voor onszelf als voor de mensen, met wie we
samenleven.
Paulus zegt ons wie Jezus is voor hem. Hij is niet het kerstmanneke of het
kindje uit een sprookje. Paulus is
niet bezig met een verterend neerbuigen over een kind in de kribbe. Hij is begaan opdat de boodschap van
Jezus ons zou aanspreken en vervullen.
In Christus Jezus vloeien twee lijnen samen, een straal van hierboven en
een straal van beneden. In het
volle menszijn van Jezus treedt de Zoon van God op. Jezus staat in een geschiedenis van
mensen. Hij is een mijlpaal binnen
een lange verwachting. Hij is
geboren uit het Joodse volk. Hij is
uit het geslacht van David. Hiermee
is de koninklijke lijn aangegeven.
Hij is vanuit de Joodse visie de beloofde
Messias.
Hij is tevens gedragen en gedreven door de Geest. Jezus is zoon van David en Zoon van
God. Gods Geest is in hem
vaardig. God heeft in en door hem
machtige daden verricht. Jezus
heeft de dood overwonnen. Hij is de
opgestane. In de groet van Paulus
staat op kerstdag de Verrezene Heer voor ons. Het gaat niet over het kindeke Jezus,
maar over Jezus de Christus. Van
hem is Paulus de dienstknecht.
Paulus geeft aan Jezus een keizerlijke titel. Hij is de Heer, de Kurios. Hij is de enige die deze naam mag
dragen. Paulus stelt tegenover de
macht van de keizers deze van Jezus.
Het is ongewild een revolutionaire taal. Wat betekent die Joodse man uit het
verre Israël in het toen zo machtige Rome?
Het leven van Paulus is helemaal door Jezus bepaald. Hij wil Jezus aan alle volkeren bekend
maken. Christenen zijn door Jezus,
door de Vader en de Geest geroepen om zijn boodschap door te geven. Als boodschappers en getuigen zijn we
schakels. Het gaat niet over
onszelf, maar over de boodschap.
Wij mogen doorgeven wat we zelf hebben gekregen. Zoals bij het estafettelopen geven we
een boodschap door. Wij doen dit
niet alleen, maar in gemeenschap met anderen.
Paulus bemoedigt van bij het begin zijn lezers en
toehoorders. God ziet ons gaarne, zegt Paulus, en God roept ons tot gemeenschap
met Jezus Christus. Dit is een
schone kerstboodschap die we mogen ontvangen en kunnen doorgeven. God ziet mij en jullie graag, hij neemt
jullie en mij op in zijn gemeenschap en hij schenkt ons genade en
vrede.
?Aan u, die geroepen bent door Jezus Christus. Aan allen in Rome en elders, geliefden
van God, geroepen om zijn heiligen te zijn. Genade zij u en vrede van God, onze
Vader, en van de Heer Jezus Christus.? (Rom. 1,6-7).
Gecontroleerd op virussen en op inhoud door Sophos en MailMarshal
Attachment:
Adv4ZA2011.doc
Description: Adv4ZA2011.doc
- (no other messages in thread)
Results generated by Tiger Technologies Web hosting using MHonArc.